ls
ls laat de bestanden zien van een directory.
De bestanden van de huidige directory:
$ ls
De bestanden van opgegeven directories:
$ ls dir1 dir2 dir3
of individueel:
$ls file1 file2 file3
De belangrijkste opties zijn -a en -l. Standaard verbergt ls bestanden die een naam hebben die begint met een punt, maar de optie -a zorgt ervoor dat je alle bestanden ziet.
De optie -l zorgt voor een uitgebreide lijst:
-rw-r--r-- 1 kees users 375 mei 17 06:38 mijn.txt
de regel begint met de toegangsrechten van het bestand (-rw-r--r--), eigenaar (kees), groep (users), grootte (375 bytes), laatste wijzigingsdatum/tijd (mei 17 06:38) en de naam.
Voornaamste opties
- -a
- Laat alle bestanden zien, ook de bestanden waarvan de naam begint met een punt.
- -l
- Uitgebreide lijst met de bestandsattributen erbij. Als je de -h optie (human-readable) ook nog toevoegt dan krijg je de bestandsgrootte in kilobytes, megabytes en gigabytes in plaats van in bytes.
-F
Opgeleukte lijst (Fancy). Er worden nu symbolen toegevoegd achter de bestandsnamen die het type aanduiden: / voor directories, * voor uitvoerbare bestanden, @ voor symbolische links, | voor benoemde pipes en = voor sockets.
-i
Laat ook de inodenummers van de bestanden zien.
-R
Laat van directories een recursieve lijst zien, dus met alle bestanden van de onderliggende directories.
Het is vandaag
donderdag
acht-en-twintig
november
2024.